Herfst 2023
Lente
Zomer
Herfst
Winter
Herfst 2023
3 december 2023

Vanmorgen werd het eindelijk weer eens wat zonnig; hier in het midden van het land hebben we de zon behoorlijk gemist, wat onprettig aanvoelt als het lang duurt. Het bos maar weer eens ingedoken voordat hele families en vriendengroepen elkaar weer zouden gaan uitlaten zoals vaak op zondag. Hier en daar bescheen de zon wat plekken hetgeen meteen een vrolijke aanblik bood. In het bos is het momenteel heel doods en stil.
Op meerdere plekken vond ik grote heksenkringen van de Nevelzwam (Clitocybe nebularis), inmiddels bevroren door de nachtvorsten.
Voor de paddenstoelen is het nu wel einde verhaal en dat mag ook wel nu het alweer begin december is. In het bos liggen nog veel sneeuwresten. Verbazend dat het buiten het bos niet het geval is, ook niet op de schaduwplekken in de tuin.
Op oude beukenbomen zitten vaak allerlei aangroeisels en uitstulpsels. Woekeringen zijn het, de ouderdom heeft toegeslagen. Vaak zie ik er gezichten van heksen, kobolden of dieren in en denk dan meteen weer terug aan de tijden dat de kleinkinderen nog jong waren en mee wilden naar het bos om “bosvrienden” te zoeken. Die tijd is helaas alweer lang geleden.

Aan de wroetsporen is te zien hoe de zwijnen moeten zoeken naar voedsel. Voor deze dieren wordt het voor de zoveelste keer een hongerwinter aangezien er heel weinig beukennoten en eikels vielen. Naar verwachting zullen er heel wat zwijnen op een nare manier omkomen. Inmiddels is het alweer halverwege de middag, de lucht is weer bewolkt, de zon verdwenen en het wachten is op de verwachte sneeuw die voorspeld is.
30 November 2023

Het is een barre tijd voor kleine zoogdiertjes. Door de overvloedige regen zijn holletjes volgelopen van muizen, hommelkoninginnen, egels, enzovoort. Egeltjes die in de nazomer en het begin van de herfst zijn geboren, maar ook volwassen egels, zijn niet tijdig in winterslaap gegaan van de te lang voortdurende te hoge temperatuur. En nu slaat de winter toe. Er is geen voedsel meer te vinden waardoor er egels rondlopen op straat of in de tuinen. De egeljongen zijn veelal nog niet op het juiste gewicht om de winter door te komen. Om ze te redden van een zekere dood kun je de dierenambulance bellen of de egel naar een opvangcentrum brengen. Als tussenmaatregel kun je ze het beste binnen halen, in een doos met krantensnippers zetten en water en kattenbrokjes geven. Nog beter: speciaal egelvoer. Nooit melk geven.
24 november 2023, verkiezingsuitslag
De wereld is vol holletjes
vol nesten en vol huizen,
voor vissen en voor vogeltjes,
voor mensen en voor muizen.
Maar ieder huis en ieder hol
raakt af en toe een beetje vol.
Dan schuif je even wat opzij,
dan kan er best nog eentje bij.
Uit: Beestenboel 1982, Harriet Laurey
18 november 2023

De IJssel is een rivier waar je mateloos kunt genieten van de uitzichten, de stilte en de sfeer. Altijd zijn er wel wat mensen die zwijgend staan, zitten of vanuit hun auto de grootsheid van de natuur hier in zich opnemen. Meestal hoor en zie je de ganzen en ander watervogels vliegen of landen maar gisteren was het er werkelijk doodstil. Wind was afwezig, de vogels waren elders, alleen de stroming gaf wat beweging in het water en de zon scheen door een voile van bewolking heen. Zo prachtig!
Het is imposant om te zien hoe de rivier de uiterwaarden opslokt en de kades overstroomt waardoor het geheel een immense aanblik oplevert.
De rivier gaat de komende week nog verder stijgen vanwege het vele regenwater dat van elders komt. Het zal hoger staan dan in de afgelopen 20 jaren maar gevaar zal het niet opleveren.

De dag van gisteren was wat dit betreft in Midden-Gelderland een cadeautje, helaas zijn de weersvoorspellingen van dien aard dat de zon zich nauwelijks nog zal laten zien in de komende dagen.
14 november 2023
Je vraagt je zo langzamerhand af waar al dat eindeloos neervallende hemelwater toch vandaan komt! Dagelijks zit er in de krentenboom een Turkse tortel (Streptopelia decaocto) die daar ook zo over denkt. Af en toe daalt hij uit de boom neer op de voerplank om wat te eten en vliegt dan weer terug, telkens naar dezelfde tak. Daar zit hij moedeloos zijn tijd uit. Waarom vliegt hij niet in een conifeer om wat droger te zitten? De vogel zal wel te groot zijn om zich tussen dat dichte groen te worstelen. Het zou wel leuk zijn, een conifeer in je tuin waar alle vogels tijdens regenbuien gaan zitten te schuilen.

Opeens wel weer een Keep (Fringilla montifringilla), de laatste twee winters niet meer gezien. Dat is niet zo vreemd want lang niet elk jaar zijn ze in het land. Het ene jaar nauwelijks, het andere met vele als het in de winter in het hoge noorden niet langer leefbaar is en ze naar het zuiden afzakken. Bossen met beuken zijn favoriet dankzij de beukennoten waar ze op foerageren. In de tuin vond hij geen beukennoten maar wel gepelde zonnebloemzaden en dat beviel ook.
Met de vinken (Fringilla coelebs) wil het nog niet zo lukken ze te lokken. Een mannetjesvink heb ik nog niet gezien, tot nu toe af en toe een vrouwtje. Vinken zijn echte bosvogels, kennelijk is daar nog genoeg te vinden. Vink en Keep behoren tot dezelfde familie.
Het voeren van het universele strooivoer is bijna niet te doen bij deze nattigheid. Het graanzaad dat er in zit zwelt op en geen tuinvogel heeft er meer belangstelling voor. Dat leg ik dan mar op een plek voor de duiven. Gesmolten zoutloos vet, gemengd met zaden, bessen en meelwormen in een blik is een goede oplossing. Voor wie zulke blinkende blikken een gruwel voor het oog zijn, is een goede optie het blik te omwikkelen met touw.
Ik schrijf het elke winter en nu ook weer: wees momenteel terughoudend met pinda’s in netjes. Door alle vocht gaan de pinda’s schimmelen en dat kan niet goed zijn voor de vogels. Leg de pinda's bij deze weersomstandigheden liever los op de voerplank, al dan niet wat fijn gehakt. Bij het laatste hebben ook andere vogels er iets aan.
9 november 2023
Ik profiteer van de laatste mooie herfstdagen nu de temperatuur nog prettig is. Mijn volkstuintje is nog nooit zo netjes geweest, maar voor hoelang? Onkruiden en grassen blijven gewoon doorgroeien. Ik heb de laatste groente uit de grond gehaald. Dat wordt vanavond een heerlijk wortelsoepje, de prei volgt wel een andere dag.

In de omringende tuinen staat het vol met boerenkool. Daar houd ik niet van, maar gezien de hoeveelheden die er staan ben ik een uitzondering op dat punt. Die groene veldjes doen mij altijd denken aan een regenwoud, gezien vanuit de lucht. Alleen barst het origineel van de biodiversiteit en op de boerenkool is niets te zien.

Langs het volkstuincomplex staat een hele rij eikenbomen die nu werkelijk schitterend kleuren. De eikels die in onze tuintjes vallen zijn minder leuk. Ze vestigen zich met een diepgravende penwortel en je krijgt ze bijna niet meer uit de grond als je niet direct ingrijpt.
De laatste rozen van dit jaar, de planten blijven maar doorgaan. De zon schijnt nog even door de bloemblaadjes maar echt fraai zijn ze niet meer.
Op een enkele plek staat nog een kleumend klaproosje, te laat ontkiemd om nog tot wasdom te komen. Niet meer dan 3 cm klein en het vliegje er in had ik niet eens gezien toen ik het fotografeerde.

Hier zie je maar weer dat je de planten in je tuin niet moet afknippen in de herfst. Sommige tuinmensen kunnen het niet verdragen de hele winter tegen die wildernis van dode restanten aan te kijken en willen hun tuin verzorgd de winter in laten gaan. Maar voor het insectenleven is dat niet best. Sommige insecten overwinteren in de holle stelen van een plant, of kruipen weg in de strooisellaag of onder het gevallen herfstblad. Of zelfs in een dor blaadje, zoals dit lieveheersbeestje en een klein slakje.
5 november 2023
Wat een troosteloos weer…..! De tuin wordt elke dag een beetje meer gevuld met planten die beginnen af te sterven en struiken die kaal worden. De enige die zich er niets van aantrekt is deze Fuchsia. Misschien wel vanwege zijn Schotse oorsprong, ik kweekte hem op uit een stekje en hij groeit al 14 jaren in de tuin met een heel lange bloeitijd, soms tot de rijp op de bloemen staat.
In het gras groeit nog een volhoudertje: een jong plantje van het Moederkruid. Maar het heeft er weinig lol in, de bloemen verliezen meteen al wat bloemblaadjes, wat wil je ook met dit aanhoudende natte weer. Insecten zijn er niet meer om van het stuifmeel te eten. Geen probleem, volgend jaar staat de tuin er weer vol mee.
De vogels komen nu ook meer bij huis, vooral als je ze voert. Het vervelende met het meeste voer is dat het vol zit met grote graanzaden dat opzwelt in deze nattigheid, en/of stukjes mais. Die worden door de tuinvogels niet gegeten. Op de tuintafel staat nu een metalen vierkante kooi die speciaal gemaakt is om de duiven en kauwen weg te houden en daarin heb ik een waterdoorlatend voerschaaltje gezet met gehakte pinda’s en gepelde zonnebloempitten. Die kunnen wel wat vocht hebben. Mus, heggenmus, kool- en pimpelmees vliegen af en aan.
Merels zie ik hier maar weinig en meestal zijn het mannetjes. Deze merelman was bezig om het blad dat in een waterbak gevallen was er uit te vissen. Blad voor blad pikte hij op om het vervolgens aan de kant te gooien. Daarna ging hij zitten badderen, in de regen.
Er zijn soms van die sombere dagen die opeens opknappen voordat het duister nadert. En plotsklaps kan er dan een heldere hemel verschijnen met wat bewolking die nog net door de ondergaande zon beschenen wordt. Afgelopen week was er ook zo’n dag en het leek of er een grote brand was die uittorende boven het bos van de Veluwezoom. Er was ternauwernood tijd om naar beneden te rennen om de camera te pakken. In een mum van tijd trok het wolkendek zich weer samen.
2 november 2023
Het bos is nog steeds overwegend groen; de beuken beginnen langzaam te verkleuren en de spaarzame eiken krijgen wat meer kleur op de blaadjes. Door het warme weer verlopen de processen erg langzaam. Nu ik alleen ben en alle tijd en mogelijkheid heb op stap te gaan, duik ik bijna dagelijks mijn “achtertuin” in, zoals ik het bos graag noem. Doordat ik er al zo lang kom, en elk paadje ken, krijg ik een beetje het gevoel dat het bij me hoort. Van mij mag de winter dan ook nog heel lang wegblijven nu er zoveel te zien is.

Op veel plekken beginnen de beuken echter wel voorzichtig te werken aan de tijd die komen gaat. Ze halen het bladgroen tijdelijk terug naar hun takken zodat de onderliggende herfsttinten tevoorschijn komen. Een ingenieus systeem van recycling. De nieuwe blaadjes zijn in het voorjaar weer gewoon groen.

Niet alle esdoorns hebben een opvallende roodverkleuring in de herfst maar de Rode esdoorn (Acer rubrum), met de naam “October glory” is befaamd om haar mooie herfsttint van vlammend rood. In het bos kom je hem niet tegen maar het is schitterend deze knalrode in tuinen te zien.

Rode zwavelkoppen (Hypholoma lateritium) herkent elke boswandelaar wel. Het zijn bundelzwammetjes, altijd in grote groepen op dood hout met een voorkeur voor eik en beuk. Het mycelium verteert het restant van de dode ondergrondse wortels. Dat is ook wat paddenstoelen doen, ze zijn geweldige opruimers van alle dood hout dat op de bosbodem ligt.
Een puntgave Grote sponszwam (Sparassis crispa) die groeide op het zaagvlak van een dode naaldboom. Dat vond ik wel bijzonder want je ziet ze eigenlijk altijd groeiend op de bodem aan de voet van Douglas, Fijnspar en Grove den. Ik wed dat er na de regen van gisteren nog maar weinig van over is.

Het sterretjesmos floreert als nooit te voren. Ik blijf maar met plezier kijken naar al die frisse groene plekken op de herfstige bosbodem. Vaak groeien er middenin zwammetjes, alsof ze daar beschutting zoeken. Het levert altijd aardige plaatjes op.
27 oktober 2023
Wat een troosteloze en kletsnatte dag is dit. Dit zijn nog wat foto's van twee dagen geleden. Ik trof één Grote stinkzwam (Phallus impudicus) aan tijdens mijn wandeling van anderhalf uur. Gewoonlijk ruik je die al van ver vanwege de vieze lucht die hij verspreidt via de sporenmassa op de punt van de zwam. Daarop komen veel vliegen af die van de sporen eten. Maar hier was de voedselvoorraad al finaal weg geregend, wat de zwam een raar uiterlijk gaf. De Latijnse naam geeft overduidelijk alles weg waarvoor deze zwam staat. Phallus staat voor penis en Impudicus betekent schaamteloos.
Amethistzwammen behoren tot mijn favorieten onder de paddenstoelen maar tot nu toe had ik ze niet gevonden, hetgeen geen wonder is want ze vallen compleet weg tegen al die kleuren van de gevallen bladeren. Toen ik een andere zwam stond te fotograferen ontdekte ik er toch een paar. Opvallend vond ik dat ze alleen groeiden vlak langs dode dunne beukentakken die rondom lagen. Buiten die bij toeval ontstane kring van dood hout stonden ze niet. Deze zwam leeft in symbiose met de beuk, hij behoort tot de fopzwammen. Het kenmerk van fopzwammen is dat ze variabel van kleur zijn naarmate het droog of vochtig weer is. Doordat het mycelium van de Amethistzwam (Laccaria amethystina) een korte levensduur heeft, moet hij zich elk jaar weer opnieuw vestigen en dat heeft weer als gevolg dat ze niet elk jaar met veel of weinig verschijnen.
Elk jaar kom ik wel langs een plek in het bos waar dit grafje ligt. Welk huisdier zou hier een natuurbegrafenis hebben gekregen? Ik gok op een kat. De tekst vermeldt de naam en het jaartal van overlijden maar het is onleesbaar geworden. Maar iemand moet wel heel veel van dit dier gehouden hebben als je het zo diep in het bos begroef en dat ook nog zo zorgzaam en liefdevol deed.

Onderweg naar huis plukte ik een paar kleine takjes van de Westelijke hemlockspar (Tsuga heterophylla) die in mijn dorp staat. Herkenbaar aan de witte streepjes op de achterkant van de naalden en de afwisselend langer/kortere naalden. De bloei in het voorjaar wordt gevormd door leuke kleine kegeltjes en die hangen nu volop aan de boom.
24 oktober 2023

Op de garagedeur viel mij een nogal groot insect op, de Ophion obscuratus, de enige soort sluipvlieg (zonder Nederlandse naam) die vliegt tussen oktober en februari. Het is een grote nachtactieve sluipwesp van 2,2 centimeter, die het voorzien heeft op de rupsen van bepaalde nachtvlinders. Het insect is vooral actief in het late najaar (oktober en november) en opnieuw in het voorjaar. De grote exemplaren die momenteel rondvliegen, zijn allemaal bevruchte vrouwtjes die als volwassen dier zullen overwinteren. De voorjaarsgeneratie, die ontstaat uit nakomelingen van de najaargeneratie, vliegt van eind februari tot april en bestaat uit kleinere dieren.

Op mijn wandeling in het bos ontdekte ik een bijzondere zwam met prachtige guttatiedruppels er op. Een mooie vondst, deze zeldzame Valse teervlekkenzwam (Ischnoderma resinosum). De paddenstoel groeit op dood hout, zoals de stammen en stronken van dode beuken.
Wat ik mis is de Poseleinzwam die doorgaans tot de soorten behoort die het eerst verschijnen. Daarentegen is de Appelrussula (Russula paludosa) dit jaar weer volop te zien. Van deze laatste heb ik geen enkel exemplaar gezien dat niet was aangevreten door het kleine gespuis in het bos, kevers, slakken, muizen en wat al niet meer lust er pap van. Dit was nog de meest gave russula die ik kon vinden.

Elke herfst is het weer afwachten welke paddenstoelen zullen verschijnen en in welke hoeveelheden. Dit jaar zijn o.a. de aardappelbovisten en de Tonderzwam (Fomes fomentarius) in zeer grote hoeveelheden aanwezig. Ik zag een dode stam die werkelijk boordevol zat met jonge tonders.
Ook gezien: de Geschubde inkzwam (Coprinus comatus), wel een stuk of twintig langs een fietspad in het bos. Ze zijn maar een korte periode mooi want al spoedig vervloeien de sporen tot een zwarte inktachtige massa.
Van de Grote sponszwam (Sparassis crispa) zag ik slechts één klein exemplaar. Sponszwammen zijn heel kwetsbaar voor regen, na een flinke bui blijft er nog maar weinig van over. Sommige mensen nemen deze paddenstoel mee om hem te eten. Ze moesten eens weten dat binnen in al die lobben van de zwam heel veel beestjes huizen die je niet ziet….
23 oktober 2023

Ik had al een tijdje geen rups van de Merianborstel (Calliteara pudibrunda) gezien en ook niet de gele pluizige vervellingshuidjes die ik in de herfst nog wel eens vond. In het bos trof ik nu weer eens de mooie exemplaar aan. Het is de rups van een nachtvlinder die er vreemd uitziet doordat hij in rust met gestrekte, behaarde poten op een boomstam zit. Door het korten van de dagen krijgt de rups de inwendige drang om te gaan verpoppen. Dat doet hij in het strooisel van de bosbodem en als pop blijft hij daar liggen tot het komend voorjaar. De rupsen leven onder meer van het blad van sleedoorn, meidoorn, berk en zomereik.
Naaktslak aan een draadje? Die heeft toch geen spintepels, zoals veel spinnen? In principe kan elke naaktslak een “draad” aanmaken, ook huisjesslakken. Ze hebben in hun lichaam cellen die slijm aanmaken dat voor 90% uit water bestaat maar sommige cellen produceren daarnaast een slijm dat veel steviger van structuur is en die maken het slijm voor een draad om mee naar beneden te zakken, maar ook voor het laagje waarop de slakken zich voortbewegen.

Het Gwoon haarmos (Polytrichum commune), ook vanwege de vorm sterretjesmos genoemd, komt over de hele wereld voor. Bij droogte verschrompelt het maar bij regen gaan “alle luikjes open” en zuigt het mos zich vol water. Een hectare met mos begroeide grond kan wel 30.000 liter water opnemen en dat wekenlang vasthouden. Bij droogte wordt het beetje bij beetje los gelaten. Zo leveren al die frisgroene moskussens een belangrijke bijdrage aan het bosklimaat.
De Bosmestkever (Geotrupes stercorosus) draagt weer op z’n eigen manier bij aan de toestand in het bos. Dankbaar maken de kevers gebruik van de uitwerpselen van het wild en ook van de honden die er worden uitgelaten. Ze maken gangen in de zanderige grond van bos of heide om daar hun eitjes in te leggen die ze tevens voorzien van een laagje mest waarvan de larven kunnen eten. Het mannetje voert de mest aan en het vrouwtje verspreid het over haar ei. Wanneer de larven uitkomen kunnen ze meteen aan de maaltijd. Ik trof een kever aan die net begonnen was met het graafwerk.
16 oktober 2023

Alweer een dag of tien geleden gingen mijn natuurmaatje en ik nog maar eens op zoek in de vegetatie om te zien of er nog wat leuks te vinden was aan insecten. Dat wordt natuurlijk steeds minder nu het herfstseizoen vordert. Over een pad liep een enorme rups, wel 10 centimeter groot. Een Wilgenhoutrups (Cossus cossus), een prachtig beest. Maar hij is wel heel schadelijk voor loofbomen. De rups vreet grote gaten in de bast die op den duur braakgevoelig wordt. Hij maakt een soort azijn aan waardoor hij het hout kan verteren. Ik had hem nog nooit eerder gezien.
Er zijn meerdere spurries uit deze anjerfamilie maar dit is de Gewone spurrie (Spergula arvensis) en dit eenjarige plantje bloeit nog steeds al ligt de hoofdbloei van juni tot september. Het werd al sinds de oudheid verbouwd als voedselplant en later als veevoer of tussengewas bij de roggeteelt. De zaden worden gebruikt in vogelvoer en zo dient en diende dit fraaie plantje velerlei doelen. Ik hou erg van miniatuurbloempjes, meestal zijn ze heel mooi

Deze fraaie Moerassprinkhaan (Stethopnima grossum) sprong voor mijn voeten weg en dan is het maar een kwestie van goed volgen met je ogen waar hij weer neerstrijkt. Het is een soort van vochtige graslanden en ruigtes. Lange tijd ging het niet goed met deze plant maar tegenwoordig lijkt hij weer langzaam te herstellen in natuurgebieden. Schreef ik hier eerder dat ik betwijfelde of dit wel een Moerassprinkhaan was, deskundigen bevestigen alsnog de waarneming.
Een Gele Veenvlieg (Sericomyia silentis) op de brandnetelvegetatie. Wordt ook Hoogveenvlieg genoemd. Gezien in hetzelfde gebiedje. De forse zweefvlieg leeft van stuifmeel in bloemen. In de nazomer is hij veel te zien op de heidevelden.
Oorwormen heb ik dit jaar maar zelden gezien en dat is vreemd want eerder zaten ze soms massaal in bijvoorbeeld de dahlia’s. Misschien gaat het hier ook wel slecht mee, het zou me niet verbazen gezien al die alarmerende geluiden over de achteruitgang in de natuur.
Van de Houtpantserjuffer zagen we er meerdere maar je moest wel goed kijken want de prachtige kleuren die deze juffer heeft verdwijnen grotendeels als hij oud wordt. Bijzonder is dat deze soort haar eitjes vanaf een tak in water laat vallen terwijl andere juffers ze direct in het water afzetten.

We vonden opmerkelijk veel Meeldauwlieveheersbeestjes, een enkel Citroenlieveheersbeestje, verschillende spinnensoorten en wantsen, teveel om op te voeren. Ondertussen stond de Akkerdistel (Cirsium arvense) hier en daar nog vol pluis. Te mooi om niet te fotograferen. Het is een soort van het vochtige, open grond en het verspreidt heel veel zaad. Er leeft een klein insect op, het Akkerdistelboorvliegje maar het is me nog nooit gelukt dit superkleine vliegje scherp op de foto te krijgen.
13 oktober 2023

Nu het twee dagen geregend heeft, en hier aan de Veluwzoom heel behoorlijk, is de bosgrond flink nat geworden en er groeien opeens veel zwammen. Je vindt momenteel veel klein grut op de bodem maar ook volop forsere soorten als Parasolzwam, Reuzenzwam, Russula’s, Boleten en heel veel bruine Rimpelende melkzwammetjes. Dit is een kastanjeboleet (Imleria badia) met een glimmende hoed vol regenwater.

VIk had ze niet verwacht maar ik vond toch al Vliegenzwammen (Amanita muscaria). Niet ver van een aantal rode exemplaren, vond ik ook deze oranje zwam. Er was geen stukje velum (de zg witte stippen) meer op te zien, dankzij de regen die dat er allemaal afgespoeld had. Toch was ook dit een Vliegenzwam, de soort kan variëren in kleur maar oranje exemplaren kom ik in dit bos toch niet vaak tegen. Er moeten wel ontzettend veel slakken in het bos zijn want bijna geen paddenstoel verleert in gave staat. Maar ook de regen berooft ze al snel van hun schoonheid.
Mijn favorieten zijn de mycenasoorten. Ik vind dat zulke mooie sierlijke zwammetjes. Bijvoorbeeld deze Grote bloedsteelmycena (Mycena hameatopus).

Geel hoorntje (Calocera cornea) groeit op dood hout van loofbomen, vooral hier in het beukenbos kom je het volop tegen. Je ziet het op levende bomen en ogenschijnlijk ook op de bodem, maar dan ligt er toch altijd dood, vermolmd hout onder het oppervlak.

Wellicht is dit de Ruwe russula (Russula virescens) maar dat durf ik niet met zekerheid te zeggen want er zijn meerdere russulasoorten die groenachtig zijn. Deze groeit wel in het beukenbos en daaraan is de ruwe variant gebonden. Het lastige met zwammen is dat je ze maar zo’n kort periode ziet en dan merk je telkens hoe de kennis weer is weggezakt. Maar goed, ze vinden en bekijken is altijd weer een herfstfeestje.
Op de Parelstuifzwam zat een Bosmestkever die er telkens afliep en weer op klom. Toen ik indertijd met mijn kleinkinderen het bos in ging, wilden ze altijd even knijpen in hun stuifzwambuikjes om de sporen eruit te laten puffen. Toen ik de paddenstoelen vanmorgen fotografeerde was het heel zacht weer en ook droog. Later bleek hoezeer ik geboft had want sindsdien stroomt het water de hemel uit. Van de paddenstoelen in het bos zal morgen dan ook niet veel zijn overgebleven.
12 oktober 2023

Nu de Kardinaalsmuts (Euonymus) zich weer siert met vrolijke rode vruchten, is ook de Zwartkop weer present. Die heeft het voorzien op de oranje zaden die uit de doosvrucht komen zodra die open gaat. Deze vrouw Zwartkop schrok van mijn bewegingen waardoor ze pardoes het zaadje uit haar snavel liet vallen.

Vandaag spreekt men in Brussel over het al dan niet opnieuw goedkeuren van het bestrijdingsmiddel glyfosaat/Round up, dat alle onkruid in één klap doodt, zodat akker en weiland weer snel ingezaaid kunnen worden. Gaat de EU het toelaten van dit omstreden middel weer voor 10 jaar verlengen? Nederland onthoudt zich van stemming. Onze minister Adema vindt dat er niet genoeg bewijs is van de schadelijkheid van glyfosaat, ondanks veel rapporten die het tegendeel bewijzen. Slappe opstelling van Nederland!
10 oktober 2023

Het werd hoog tijd dat ik, als Veluwebewoonster, eens een kijkje ging nemen naar een heel ander stukje Nederland: het Lauwersmeer, befaamd door de vele wad- en trekvogels. Met mijn natuurmaatje uit Drenthe gingen we eerst op zoek naar Baardmannetjes (Panurus biarnicus), want die zouden hier zitten. Heel lang geleden zag ik ze al eens in de Oostvaardersplassen waar zich de grootste populatie van ons land bevindt. Ze leven ook in de rietmoerassen rondom het Lauwersmeer. Een poging tot fotograferen moest worden gedaan van grote afstand, telkens vloog er een groepje omhoog om weer elders neer te dalen tussen de riethalmen. Wij, met onze simpele compact camera’s maakten er natuurlijk niet veel van, vergeleken met al die enorme lenzen van de vogelaars rondom. Op het computerscherm thuis, zagen we pas of er sowieso een te zien was op een foto.
Vanuit een vogelkijkhut verbaasden we ons over de enorme hoeveelheid vogels die langs en in het water zaten of foerageerden. Het was eigenlijk veel te ver weg en we zagen alles in tegenlicht maar toch deden we verwoede pogingen om wat van het fraais op camera vast te leggen. Ook de enorme wolken ganzen die met veel geluid overvlogen, waren indrukwekkend om te horen en te zien.
Vanuit de kijkhut zagen we ook deze Watersnip (Gallinago gallinago) die op zijn gemakje in een graspol zat. De vogel staat op de Rode Lijst als beschermde soort. Dit is natuurlijk een foto van niks maar ik vind het toch leuk hem te laten zien want wanneer zie je nu een Watersnip….

Tussen de vele Kieviten (Vanellus vanellus) zaten ook een paar Kluten (Recurvirostra avosetta), prachtige vogels in zwart en wit. De Kievit kennen we voornamelijk van het weiland en de akker maar in de trekperioden verblijven ze veelal in het vochtiger weiland en in ondiepe wateren. In zachte winters blijven ze vaak in ons land maar als de vorst invalt, trekken ze verder zuidwaarts.
De Rosse Grutto (Limosa Lapponica) was ook goed vertegenwoordigd, al scharrelend in de bodem naar voedsel.
Het leukste vond ik de Steenlopers (Arenaria interpres) die zich bij opkomend water vlak voor ons verzamelden. Almaar geluidjes makend, voortdurend voedsel zoekend, lekker badderend en hun veren poetsend, het ging maar door. Nou, al dat waterleven was weer eens wat anders dan zwijnen en herten op de Veluwe. Ik heb er zeer van genoten.
3 oktober 2023
Zolang het mooi weer blijft heb ik alle gelegenheid mijn volkstuin op te schonen en dat is bijna voor elkaar. Ik vond aan de grens van mijn tuin nog een tomatenplantje dat veel te laat ontkiemd is om nog vruchten voort te brengen. Ik zag ook dat er in een andere tuin nog groene tomaten hingen. Die mag je in dit stadium nooit eten, ze zijn giftig. Wel kun je proberen ze in de vensterbank te laten narijpen.

De kans om nog een Kleine parelmoervlinder te kieken, die vlak voor mijn voeten neerstreek, liet ik me niet ontnemen. Met dit portretje doe ik hem meer recht dan op de foto in een eerdere post. De vlinder verschijnt elk jaar voor het eerst in de tweede helft van de zomer maar dit jaar zijn het er wel minder.
Tussen de bedrijven door trek ik graag een kraakvers worteltje uit de grond om even op te peuzelen. De doorsnede ervan laat een mooi patroontje zien.
Langs het vijvertje in de volkstuin bloeit een herfstaster die veel te hoog is. De takken hangen helemaal over het water heen. Ik wil ze daar dus kwijt maar kan het nu nog niet over mijn hart verkrijgen ze uit de grond te trekken. Heel veel dagpauwogen en een paar witjes komen op de bloemen en dat is een prachtig gezicht.
Bij huis zitten dit jaar vruchtjes aan de Kardinaalsmuts in de achtertuin. Die kwamen er nooit aan maar de kruisbestuiving die ik in de zomer uitvoerde heeft de bloempjes bevrucht en met resultaat. Volgend jaar maar weer opnieuw met een kwastje het stuifmeel van de ene struik naar de andere brengen want nu hangt er nog maar een bescheiden aantal mutsjes aan. Als de bijen het niet doen moet ik er zelf maar mee aan de slag.
28 september 2023

Deze foto maakte mijn zoon in zijn stadstuintje in het drukke Den Haag. Ver van heide, vochtige graslanden en natuurgebieden waar deze soort gewoonlijk leeft, en hier te midden van huizen, straten en drukke verkeerswegen. Dus hoe kwam deze Viervlekwielwebspin (Araneus quadratus) in hemelsnaam in zijn tuin terecht. Ze hing in een web boven de blauw bloeiende Caryopteris die wemelde van de hommeltjes en bijtjes. En de spin had er een te pakken. Pas toen mijn zoon het hommeltje wilde bevrijden uit het web, bleek de spin het slachtoffer zo stevig vast te hebben dat ze zelfs op de tuintafel gelegd haar prooi niet los liet. Een heel merkwaardige waarneming. Het is een forse soort, kijk eens naar de oogjes van de spin in verhouding tot het grote lichaam.
Roodborsten hoor je momenteel zingen dat het een lieve lust is. Net als merels zingen ze tegen elkaar op om maar te laten weten waar ze zitten. En vaak wordt er aangenomen dat het dan om een noordelijke roodborst gaat die zuidwaarts is gekomen om hier te overwinteren. Maar het zijn nu voornamelijk de juveniele exemplaren die hier geboren zijn. Ze zijn nog niet eens goed op kleur maar zingen kunnen ze als de beste.
In mijn volkstuin is het een voortdurende strijd tegen het onkruid dat dit jaar harder groeit dan ooit. Tijdens het wieden kwam ik met mijn haar te dicht bij de Agrimonie (Agrimonia eupatoria) en dat heb ik geweten. Thuis ben ik 20 minuten bezig geweest de zaden met hun scherpe klauwtjes uit mijn haar te halen, een voor een moest ik ze losmaken. Het is dan ook geen wonder dat deze wilde plant zich uitstekend weet te verspreiden, elk dier dat er langs komt vervoert gratis de zaden naar elders door ze mee te nemen in de vacht.
Het is een mooie wilde plant met fraai blad en het bloeit met kleine gele bloempjes. Een elegante soort, als je het mij vraagt. Daarbij is het ook nog eens bijzonder winterhard, wel tot 25 graden onder 0 kan het aan.
Ik stond er te kijken met een tuingenoot en voor onze voeten daalde de Kleine parelmoervlinder neer op een polletje wilde viooltjes. Bloem voor bloem werd bezocht terwijl we er bij stonden. Ik kon mijn haren wel uit mijn hoofd trekken van spijt dat ik de camera niet bij me had want dit was een heel mooie combinatie. Het vlindertje op haar waardplant waar de eitjes gelegd worden. Drie dagen lang had ik nu de camera bij me maar ik zie de vlinder alleen maar op de bodem waar het vocht lijkt op te zuigen. Grrrrr! De vlinder was dit jaar veel minder vaak op de volkstuinen te zien dan voorgaande jaren. Daarbuiten heb ik ze nooit gezien.
24 september 2023
Een mooie dag om per fiets maar weer eens het buitengebied in te trekken. De zomer is haar deuren duidelijk steeds meer aan het sluiten. De bermen hebben nauwelijks nog iets bloeiends in de aanbieding, je moet er echt naar zoeken. Maar de koeien staan nog buiten. Eigenlijk kunnen ze ook in de winter wel buiten blijven als ze maar genoeg beschutting en schuilgelegenheid hebben, en er ook aan gewend zijn. Maar beneden de 10 graden groeit het gras niet meer en moeten ze worden bijgevoerd. Ook moeten koeien buiten voortdurend toegang hebben tot water en dat kan niet als het vriest. Dus al met al is het voor de boer handiger de dieren in de wintermaanden op stal te houden.

De Bruinrode heidelibel (Sympetrum striolatum) zie je in het hele land zowel bij je eigen vijver in de tuin als bij min of meer stilstaande watertjes. Hun vliegtijd is mei t/m november, ik zag ze bij onze vijver pas laat in de zomer voor het eerst weer. Momenteel vliegen ze nog volop. Omdat het zo langzamerhand steeds langer duurt voor de dag een beetje opwarmt, zie je ze nu vaak op door de zon beschenen plekjes zitten te zonnen om op te warmen.
De inheemse Bitterzoet (Solanum dulcamara) is een lid uit de familie Solanum, net als aardappel en tomaat en dus giftig. De kelk is paars, de helmknopjes geel. Zo vormen ze een mooie combinatie. Na de bloei worden de knalrode bessen gevormd. Ooit las ik eens dat bij de farao Toet ank Amon een ketting van deze besjes om zijn hals was aangetroffen. Sindsdien moet ik daar steeds aan denken als ik de besjes in de herfst zie hangen.
De Witte dovenetel (Lamium album) is een van de schaarse wilde planten die nu nog wel willen bloeien. En dat is weer een geluk voor de hommeltjes die daarvan willen profiteren. Dove in de naam betekent dat de plant sterk behaard is maar geen netel met mierenzuur heeft, zoals in brandnetels. De plant wordt druk bezocht door allerlei bijen en hommels.

In de eerste dagen van de herfst speelt de zon haar spel met het water en de begroeiing van en langs de sprengenbeek. Weidebeekjuffers zijn er niet meer te zien en slechts smalle stroken zonlicht maken een feeëriek schouwspel van de beek.
Maar op een wat opener plek waar de zon het water nog beschijnt, verzamelden de schrijvertjes (Gyrinidae) zich en leken wel een dansfeest te vieren zoals ze almaar in cirkeltjes zwommen. Het zijn kevertjes met bijzondere ogen: die zijn in twee helften samengesteld zodat ze met de ene helft onder en met de andere helft boven water kunnen zien. Weer zo’n klein wondertje waar wij mensen niet aan kunnen tippen. Boven de beek vlogen heel veel Pantserjuffers (Lestidae), al dan niet gepaard. Helaas kreeg ik het niet voor elkaar de rusteloze juffers te fotograferen.
Deze prachtige laan heeft heel oude en zeer hoge beukenbomen die van top tot teen begroeid zijn met Klimop die boordenvol bloemknoppen zit. Dat zie je niet vaak, meestal wordt de klimop verwijderd of dood gemaakt. Door de schaduw van de bomen zijn de bloemennog niet genoeg open gegaan om insecten te trekken. Binnenkort ga ik nog maar een keer kijken of daar verandering in komt.
22 september 2023

Dat de herfst begonnen is zullen we weten ook! Het seizoen waarin de natuur zich steeds zichbaarder beetje bij beetje terug trekt om zich onzichtbaar voor het menselijk ook weer klaar te stomen voor het komende voorjaar. Na alle mooie en warme dagen heeft de temperatuur zich ook al wat aangepast, al worden ons nog een paar mooie dagen beloofd. We zullen het zien. Berken om ons heen zijn incidenteel al helemaal kaal en onze krentenboom is bijna alle blad kwijt. Dat wordt weer leuk vogeltjes kijken op de bladerloze takken.

Dagelijks komt een zanglijster badderen. Het zal vast wel een exemplaar van een nieuwe generatie zijn want in de zomer zie ik ze zelden in de tuin. En als ik ze al hoor klinken hun ver dragende tonen vanuit de hoogste toppen van de bomen langs de bosrand.